Dag 9. Leeuwen

We vertrekken op de gewone tijd, 8.30 (6.30 NL), na het ontbijt. Het lijkt ons wel fijn om een frisse duik te gaan nemen. Als we echter bij de pool aan komen blijkt die bezet te zijn met een vijftigtal nijlpaarden in allerlei soorten en maten. Ook een aantal krokodillen kijkt vanaf de kant toe. Omdat zelfs de nijlpaarden geen plaats hebben en vechten voor dezelfde plek, maar ook omdat ons de geur van een wildebeest die de nacht niet overleefd heeft tegemoet komt, besluiten we maar niet te zwemmen en gewoon verder ter rijden.

Het wordt de dag van de leeuwen. Eerst een mannetje dat behoedzaam een paar zebra's besluipt die vervolgens, als hij tot op twintig meter genaderd is, alarm slaan en de strepen nemen. Met de staart tussen de benen druipt hij af en wordt even later afgelost door een vrouwelijke soortgenoot. De zebra's zijn echter gewaarschuwd en de hele jacht draait op niets uit.

Wildebessten zover als je kunt kijken. Een lang lint van links naar rechts. Dit is de grote trek oftwel migratie, Met duizenden, honderdduizenden tegelijk, allemaal in het zelfde ritme, allemaal in hetzelfde tempo, marcheren de gnoe's in de richting van de groene graslanden. Het geloei en gebrul van diegenen die hun familie roepen, overstemt het geluid van hun trappelende hoeven. Machtig om hier tussen te staan en dit allemaal aan je voorbij te zien trekken.

We rijden nog een stukje verder en plotseling onder een boom zien we twee leeuwinnen die hier samen gezellig liggen te liggen en verder weinig activiteit vertonen. Als we ze enige tijd gadeslaan ontdekken we dat er tien meter verder nog een leeuw in het gras ligt. We draaien onze auto, en dan blijkt dat er achter de struiken nog twee slapen. Als we hier enige tijd gestaan hebben en de leeuwen bij hun weinig activiteiten hebben vergezeld, vindt een van de dames het welletjes en besluit om aan de andere kant van de weg te gaan liggen waarbij ze maar rakelijks aan onze auto   voorbij gaat. Aan de overkant deponeert ze zich in het gras naast, jawel, nog een leeuw die we tot nu toe nog niet ontdekt hadden. Met al deze leeuwen schiet onze lunch er bijna bij in, maar uiteindelijk om half drie worden toch de lunchpakketten geopend.

Na de lunch rijden we naar het westen, naar onze nieuwe bestemming, een heus tentenkamp, met echte tenten en een kampvuur voor de rits. We rijden door een wisselend landschap dat groener is dan groen. Een plotselinge regenbui die maar twee minuten duurt maar wel de hele vlakte onder water zet, maakt het groen nog feller zodat het bijna licht geeft. Het schaduwspel van zon en wolken kleurt het landschap in diverse tinten. Gazelle's, impala's, giraffen, en bavianen vullen de lege ruimte's in. Een verdwaalde buffel en hartebeest steken samen met de zebra's de weg over.

Als we bijna onze bestemming bereikt hebben zien we nog een paar leeuwen waaronder een mannetje en een vrouwtje. Het is het seizoen waarin de leeuwen paren, en voordat we er erg in hebben zijn we getuigen van twee leeuwen die zich lief hebben. Beide leeuwen begeleiden hun daad met een gegrom en gebrul. Aan het einde van de brul valt de mannelijke leeuw om en slaapt verder. Dit ritueel herhaalt zich om de tien tot vijftien minuten. We laten de leeuwen hun gang gaan en rijden terug naar ons camp.

Het camp bestaat uit een vijftien tal tenten waaronder een voor de eetzaal en een voor de keuken. Onze tent is een grote leger tent waar twee enorme tweepersoons bedden in staan, een wastafel, douche en toilet maken het geheel compleet. Een tweetal spaarlampen zorgen voor de spaarzame verlichting. Voor het eten zitten we nog een half uurtje aan het kampvuur en genieten van een glas koud bier. Ook in dit camp zijn we de enige gasten en is alle bediening er alleen voor ons.

Het avondeten begint met voor ons al bekende soep, Zuccini cremesoep, die overigens prima smaakt. Als hoofdgerecht krijgen we kip, met warme rode bieten, gesmoorde worteltjes en aardappels. Het smaakt prima, maar de porties zijn zo groot dat we het niet op eten en ook het dessert over slaan. We drinken ons glaasje wijn leeg en we gaan terug naar onze tent.

Vol indrukken en nieuwe beelden gaan we naar bed. Buiten brandt een olielamp. Als we in bed liggen horen we overal geluiden van vogels, krekels en alle andere beesten. Een leeuw brult in de verte. Met het regelmatig tikken van de insekten die tegen onze tent aan vliegen proberen we in slaap te vallen.

Serengetti, 17 november.
Buiten is het donker en brullen de leeuw en de leeuwin nog steeds om de tien minuten.