Dag 11 – Het dal der reuzen
Vanuit Clanwilliam rijden we naar het westen. Voordat we echter op weg gaan tanken we nog even want onderweg krijgen we hier de gelegenheid niet voor. De tocht die we maken is maar 75 kilometer maar gaat voor negentig procent over gravelroad. We schatten anderhalf tot twee uur voor een enkele reis. Als we het gebergte inrijden worden we steeds kleiner. We rijden via de Pakhuispas richting Travellers Rest. De natuur is hier vrijwel ongerept. Afgezien van de brede baan van rood zand die langs de bergwanden slingert is hier alles al duizenden jaren hetzelfde.
Het landschap links en rechts van ons bestaat uit grote bloemenvelden waarin rotsblokken, die willekeurig als torentjes gestapeld zijn, ieder een plaatsje hebben opgeeist. Sommige torentjes zien er uit alsof ze ieder moment kunnen omvallen. Bij andere balanceert een grote kei op de top, bang om ieder moment het evenwicht te kunnen verliezen. We nemen het landschap in ons op en verbazen ons na iedere bocht hoe de natuur dit heeft neergezet. Na weer een bocht lijkt het alsof we een grote wereldstad inrijden met allemaal torenflats en hoge gebouwen. Het zijn allemaal rotsformaties die in willekeurige patronen toch regelmatig gerangschikt zijn.
We rijden verder via de Hoekse Berg en de Bushmanskloof. Hier leefden duizenden jaren geleden al mensen die hun sporen tot op heden hebben achtergelaten. De rotsschilderingen die deze bushmannen gemaakt hebben liggen echter in beschermd gebied dat afgezet is met een hoge omheining en een grote poort met hangslot. We rijden verder in de richting van de Biedouwvallei en Kouwbergpas. Even verder staat een wegwijzer die de richting aangeeft naar Wuppertal en Eselbank. Heel gepast staat er na de volgende bocht een verdwaalde ezel die slaperig onze stofwolk nakijkt. Even verderop staan nog een paar ezels die er iets levendiger uit zien, uitdagend midden op straat. Als we langzaam dichterbij komen zijn ze toch zo verstandig en parkeren in het gras aan de kant van de weg.
Wuppertal is het dorpje aan het einde van deze gravelrad en ook tevens eindpunt van onze tocht vandaag. Het is nogal een groot en levendig dorp. Ondanks de twee straten Kunnen we het “restaurant” dat hier zou zijn, niet direct vinden. Ik stop en vraag aan een jongedame waar we hier iets kunnen drinken of misschien zelfs wel eten. Met enige tegenzin komt ze uit haar stoel, gestoord in haar bezigheid de omgeving te bestuderen, en vertelt mij in korte zinnen waar ik het restaurant kan vinden. Even verder links, naast de winkel en dan links.
Als we de aanwijzing volgen staan we op een stoffig erf met drie huizen. Het meest rechtse is de winkel waar overigens best veel bedrijvigheid is en het middelste huis is het restaurant. Het wordt door ons herkend als restaurant omdat er een aantal tafels voor de deur staan waar boven een handgeschiderd bordje hangt met de tekst: lekkerbekkie – restaurant.
Het nodigt echter niet echt uit om hier iets te eten. We bestellen twee flesjes water. We rekenen af en rijden weer terug. Onze tocht heeft bijna tweeeneenhalf uur geduurd. Iets langer dus als gepland. De terugweg doen we iets sneller omdat we niet meer achter iedere bocht blijven staan om foto's te maken.
Het was een mooie tocht en zeker de moeite waard. Om drie uur zijn we terug in Clanwilliam waar we toch nog snel een salade en een toastbroodje eten.
Reynolds is het restaurant waar we vanavond dineren.
Lunch: Salade en toast met chicken-mayonaise.
Diner: Gebakken cammembert met rooibessaus, Kip schnitzel met rijst en pepersaus. Bosschendal, Blanc de noir.
Clanwilliam, 17 september.
Buiten blijven wiebelende rotsblokken toch in evenwicht.
Vanuit Clanwilliam rijden we naar het westen. Voordat we echter op weg gaan tanken we nog even want onderweg krijgen we hier de gelegenheid niet voor. De tocht die we maken is maar 75 kilometer maar gaat voor negentig procent over gravelroad. We schatten anderhalf tot twee uur voor een enkele reis. Als we het gebergte inrijden worden we steeds kleiner. We rijden via de Pakhuispas richting Travellers Rest. De natuur is hier vrijwel ongerept. Afgezien van de brede baan van rood zand die langs de bergwanden slingert is hier alles al duizenden jaren hetzelfde.
Het landschap links en rechts van ons bestaat uit grote bloemenvelden waarin rotsblokken, die willekeurig als torentjes gestapeld zijn, ieder een plaatsje hebben opgeeist. Sommige torentjes zien er uit alsof ze ieder moment kunnen omvallen. Bij andere balanceert een grote kei op de top, bang om ieder moment het evenwicht te kunnen verliezen. We nemen het landschap in ons op en verbazen ons na iedere bocht hoe de natuur dit heeft neergezet. Na weer een bocht lijkt het alsof we een grote wereldstad inrijden met allemaal torenflats en hoge gebouwen. Het zijn allemaal rotsformaties die in willekeurige patronen toch regelmatig gerangschikt zijn.
We rijden verder via de Hoekse Berg en de Bushmanskloof. Hier leefden duizenden jaren geleden al mensen die hun sporen tot op heden hebben achtergelaten. De rotsschilderingen die deze bushmannen gemaakt hebben liggen echter in beschermd gebied dat afgezet is met een hoge omheining en een grote poort met hangslot. We rijden verder in de richting van de Biedouwvallei en Kouwbergpas. Even verder staat een wegwijzer die de richting aangeeft naar Wuppertal en Eselbank. Heel gepast staat er na de volgende bocht een verdwaalde ezel die slaperig onze stofwolk nakijkt. Even verderop staan nog een paar ezels die er iets levendiger uit zien, uitdagend midden op straat. Als we langzaam dichterbij komen zijn ze toch zo verstandig en parkeren in het gras aan de kant van de weg.
Wuppertal is het dorpje aan het einde van deze gravelrad en ook tevens eindpunt van onze tocht vandaag. Het is nogal een groot en levendig dorp. Ondanks de twee straten Kunnen we het “restaurant” dat hier zou zijn, niet direct vinden. Ik stop en vraag aan een jongedame waar we hier iets kunnen drinken of misschien zelfs wel eten. Met enige tegenzin komt ze uit haar stoel, gestoord in haar bezigheid de omgeving te bestuderen, en vertelt mij in korte zinnen waar ik het restaurant kan vinden. Even verder links, naast de winkel en dan links.
Als we de aanwijzing volgen staan we op een stoffig erf met drie huizen. Het meest rechtse is de winkel waar overigens best veel bedrijvigheid is en het middelste huis is het restaurant. Het wordt door ons herkend als restaurant omdat er een aantal tafels voor de deur staan waar boven een handgeschiderd bordje hangt met de tekst: lekkerbekkie – restaurant.
Het nodigt echter niet echt uit om hier iets te eten. We bestellen twee flesjes water. We rekenen af en rijden weer terug. Onze tocht heeft bijna tweeeneenhalf uur geduurd. Iets langer dus als gepland. De terugweg doen we iets sneller omdat we niet meer achter iedere bocht blijven staan om foto's te maken.
Het was een mooie tocht en zeker de moeite waard. Om drie uur zijn we terug in Clanwilliam waar we toch nog snel een salade en een toastbroodje eten.
Reynolds is het restaurant waar we vanavond dineren.
Lunch: Salade en toast met chicken-mayonaise.
Diner: Gebakken cammembert met rooibessaus, Kip schnitzel met rijst en pepersaus. Bosschendal, Blanc de noir.
Clanwilliam, 17 september.
Buiten blijven wiebelende rotsblokken toch in evenwicht.
Laatst aangepast (zondag, 19 september 2010 16:50)
Foto/Reis Boeken Spirits of Africa
|
|||||